Het zijn historische tijden. Tenminste, dat is wat ik overal lees en hoor. Bijzondere, unieke tijden zijn het sowieso. De verspreiding van het coronavirus en de maatregelen die hieromtrent genomen worden zet Nederland, en de levens van de mensen die er wonen, op z’n kop. En dan duikt het woord ‘historisch’ veelvuldig op.
De maatregelen die worden genomen zijn historisch. De omvang van de crisis ook. De tv-toespraak van premier Mark Rutte werd door politiek duiders op voorhand al ‘historisch genoemd’ – de laatste keer dat een premier het land toesprak was ten tijde van de oliecrisis en die heeft al immers reeds een plekje in de geschiedenisboeken verworven.
Bij De Wereld Draait Door kon Matthijs van Nieuwkerk het ook niet laten. “Geert, als jij als historicus naar deze tijd kijkt, waar zijn we?”, vroeg de presentator. Het enige juiste antwoord is natuurlijk: we hebben nog geen idee. Mak koos ervoor de huidige tijd te vergelijken met de Tweede Wereldoorlog. De phoney war, om precies te zijn: de periode tussen de oorlogsverklaring in 1939 en het moment dat er daadwerkelijk gevochten werd. Een soort schemergebied, waarbij er volgens Mak ‘een doem op je nek hangt’.
Naar de frontlinie
De tijd van het coronavirus wordt vaker vergeleken met de oorlog. In voxpops, waarbij mensen met ladingen toiletpapier in de winkelwagen zeggen ‘dat het net oorlog is’. Of, zoals de Franse president Macron stelt, dat we in oorlog zijn met het virus. We zenden zorgpersoneel naar de ‘frontlinie’ en moeten ons ‘wapenen’ tegen de ziekte. Stel, de crisis rondom het coronavirus wordt nog erger. Zijn wij dan de verliezende partij in deze oorlog?
De referenties aan de oorlog kunnen de urgentie benadrukken. Maar het blijft een vergelijking – en een lastige. Het is een dubieuze invulling van het jaar waarin wij 75 jaar vrijheid zouden moeten vieren. Of eigenlijk: 75 jaar geen oorlog.
‘De moeder der pandemieën’
Een interessantere vergelijking, die op historisch en thematisch gebied beter aansluit, is met vorige pandemieën. De Spaanse Griep bijvoorbeeld, of de middeleeuwse pest – ‘de moeder der pandemieën’. Bij OVT kwamen twee middeleeuwenkenners aan het woord. ‘Wat we kunnen leren van de pest?’ Het woord quarantaine stamt immers uit deze tijd (‘quaranta giorni’, ofwel veertig dagen opsluiting). Maar ook hier moet historische afstand in achting worden genomen. Het was een ander virus, in andere tijden, met andere mensen, met minder toiletpapier en ic-bedden en meer bijgeloof.
Pannenkoekenvergelijking
Het was Matthijs van Nieuwkerk die in hetzelfde gesprek, na het stellen van de onmogelijke vraag aan Geert Mak, zelf een prettige aanvulling formuleerde: ‘Het is nu eerst aan de journalistiek, de eerstelijns geschiedschrijving.’ Een breuklijn kun je pas zien als deze er is geweest. Of anders gezegd: je kunt tijdens het bakken van pannenkoeken nog niet vaststellen of het de lekkerste pannenkoeken waren die je ooit hebt gegeten. En zo zie je maar, met deze pannenkoekenvergelijking, het trekken van vergelijkingen lastig is. De geschiedenis kan ons uiteraard helpen om de tijd waarin we leven wat meer de duiden. De geschiedenis kan de toekomst, en de wijze waarop wij hier later op terugblikken, niet voorspellen. Laten wij vooral in het heden de juiste dingen doen, om deze zwarte bladzijde iets grijzer te laten worden.