Wie naar Indonesië op vakantie gaat, ziet nog altijd sporen van Nederland terug. In de taal (‘kulkas’, ‘handuk’), in de wetgeving en in de architectuur. Andersom zouden wij in Nederland geen nasi of saté eten zonder onze historische betrekkingen met Indonesië. De relatie tussen Nederland en Indonesië is er een van strijd, ongelijkheid en uitbuiting. Dit is de geschiedenis van Nederland en Indonesië samengevat in een tijdlijn.
Niet de Nederlanders, maar de Portugezen zijn de eersten die in 1498 per schip Indië weten te bereiken. Of ‘Indië’: het zijn op dat moment losse eilandengroepen met verschillende volkeren. Religie en cultuur worden vooral beïnvloed door contacten met andere landen. Naast het hindoeïsme en het boeddhisme, is het met name de islam die zich over de eilanden verspreidt, met een sultan aan het hoofd. Mede door de handel ontstaan rijke beschavingen.
In de havenstad Bantam, op het eiland Java, arriveert in 1596 handelaar Cornelis de Houtman met het eerste Nederlandse schip. Net als de Portugezen willen de Nederlanders kostbare specerijenSpecerijen zijn delen van planten die lekker smaken of ruiken, zoals peper, kaneel en nootmuskaat. halen. Al snel vertrekken meer schepen uit Hollandse en Zeeuwse schepen naar wat Oost-Indië wordt genoemd.
☞ Meer weten: Scheepswrakken van de VOC (SchoolTV)
De Nederlandse kooplieden concurreren niet alleen met andere landen, maar vooral met elkaar. Om dit te voorkomen, wordt de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) opgericht. Ze krijgen een handelsmonopolie: alleen VOC-schepen mogen handeldrijven in Azië. De VOC krijgt van de regering ook het recht om oorlog te voeren, verdragen te sluiten en handelsposten te bouwen. Zo ontstaan op Oost-Indië en op andere Aziatische eilanden forten, havens, pakhuizen en woningen voor de Nederlandse kooplieden.
☞ Meer weten: Hoe wordt de VOC machtig in Indië? (SchoolTV)
De VOC wordt een economisch succes. Buitenlandse kooplieden worden verdreven. De oorspronkelijke bewoners worden gedwongen tot exclusieve samenwerking. En als dit niet gebeurt? Dan wordt geweld ingezet. Zo richt de VOC, onder leiding van gouverneur-generaal Jan Pieterszoon Coen, in 1621 een bloedbad aan op het eiland Banda. Duizenden inwoners worden vermoord, anderen worden als slaaf verkocht.
☞ Meer weten: Moorden op Banda om nootmuskaat (SchoolTV)
De VOC-handel in specerijen zorgt voor grote welvaart – voor Nederland, niet voor de Indische bevolking. Als in 1798 de VOC failliet gaat, neemt de Nederlandse staat de bezettingen over. Oost-Indië wordt zo een kolonie van Nederland en krijgt een nieuwe naam: Nederlands-Indië.
De regering richt het Koninklijk Nederlands-Indische leger (KNIL) op. Dit leger krijgt als taak om de Indische eilanden te veroveren en onder Nederlands bewind te brengen. Nederlanders noemen dit pacificatie, ofwel het brengen van vrede. Het past binnen de beweging van het modern imperialisme: het nastreven van een groot koloniaal rijk door Europese landen, waarbij hun eigen cultuur en manier van leven superieur is. In de praktijk is ‘het brengen van vrede’ een gewelddadige inname, waarbij vele doden vallen. De ingenomen gebieden komen onder indirect Nederlands bestuur: inheemse bestuurders krijgen de leiding, maar worden aangestuurd door een Nederlandse gouverneur-generaal.
☞ Meer weten: Hoe werd Indonesië een Nederlandse kolonie? (SchoolTV)
De koloniale samenleving van Nederlands-Indië is gebaseerd op ongelijkheid. Een kleine groep witte Nederlandse mannen is het machtigst. Racisme is aan de orde van de dag: de inheemse bevolking wordt door hun huidskleur als minderwaardig gezien. Bovendien zijn in twee eeuwen tijd naar schatting een half miljoen mensen als slaaf naar (voormalig) VOC-gebieden gebracht.
De kolonie moet geld opleveren voor Nederland. Maar door opstanden van, en oorlogen met de inheemse bevolking, kost Indië veel geld. In 1830 voert Nederland daarom het cultuurstelsel in op het eiland Java. Boeren moeten voortaan één vijfde deel van hun opbrengst afstaan aan Nederland. Dit zijn zogenoemde ‘cultuurproducten’, zoals koffie, tabak en suiker. Het cultuurstelsel zorgt voor grote armoede en hongersnoden onder de inheemse bevolking.
☞ Meer weten: Het cultuurstelsel (SchoolTV)
In Nederland ontstaat steeds meer kritiek op de behandeling van Javaanse boeren. De Nederlandse schrijver Multatuli verwoordt dit in zijn boek Max Havelaar uit 1860. Hij beschrijft hoe boeren worden onderdrukt en uitgebuit. Ook de liberalen, die in Nederland veel invloed hebben op het bestuur, willen dat de regering zich minder bemoeit met de economie van Nederlands-Indië.
Veertig jaar na de invoering wordt het cultuurstelsel afgeschaft en ontstaat een systeem van vrije arbeid. Voor de inheemse bevolking is dit geen verbetering. Nederlandse ondernemers hebben vrij spel en vergroten de producties op plantages. Om het zware werk te doen, worden contractarbeiders ingezet: uit Nederlands-Indië zelf of buurlanden. De arbeiders, ook wel koelies genoemd, werken soms wel twaalf uur per dag in de brandende zon en leven in bittere armoede. Wie niet wil, wordt aan het contract gehouden en wordt gestraft.
Ondanks dat er steeds meer kritiek is op de rol van Nederland in Indië, verandert er nauwelijks iets. Ook niet als in 1901 een ethische politiek wordt ontwikkeld. Het idee is dat Nederland het welzijn van de inheemse bevolking moet verbeteren, door te investeren in onderwijs, infrastructuur en zorg. Er worden scholen gebouwd, spoorlijnen aangelegd en artsen opgeleid. Het past binnen het gevoel van nationalisme dat in Europa heerst: trots op het eigen land en cultuur. In de praktijk gaat het vaak over in racisme, waarbij Nederlanders ‘het beter weten’. De meeste inwoners merken nauwelijks iets van de ethische politiek. De welvaart neemt niet toe en politieke invloed op hun eigen land hebben de Indiërs niet.
Niet alleen in Nederland en andere Europese landen is het nationalisme aanwezig. Ook onder een welgesteld deel van de inheemse bevolking van Nederlands-Indië groeit de trots op hun eigen cultuur, gebruiken en geschiedenis. Sommigen kunnen in Nederland studeren en zien daar de principes van vrijheid, gelijkheid en democratie. In 1927 wordt de Partai Nasional Indonesia (PNI) opgericht door Soekarno en Mohammed Hatta. Met deze politieke partij willen zij onafhankelijkheid voor hun land, dat zij Indonesië noemen. Door zijn toespraken groeit Soekarno uit tot een held voor veel inwoners. Het Nederlandse bestuur ziet hem juist als gevaar en neemt hem gevangen.
☞ Meer weten: 100 jaar Soekarno (Andere Tijden)
De Tweede Wereldoorlog verandert de verhoudingen wereldwijd. Nadat Nederland in 1940 door nazi-Duitsland wordt bezet, valt in januari 1942 Japan Nederlands-Indië binnen. Alle Nederlandse burgers en militairen worden geïnterneerd: opgesloten in wat ‘Jappenkampen’ worden genoemd.
De Japanse bezetters willen af van de Nederlandse invloeden. Dat spreekt Soekarno en Hatta aan, die door de Japanse bezetters worden vrijgelaten. Maar Japan wil geen onafhankelijk Indonesië: het moet onderdeel worden van hun rijk. De Japanse bezetters dwingt de inheemse bevolking, maar ook duizenden Nederlandse mannen, tot dwangarbeid. Zowel Indonesische als Nederlandse meisje en vrouwen worden als ‘troostmeisjes’ gedwongen tot prostitutie voor Japanse soldaten.
☞ Meer weten: Oorlogshelden uit Nederlands-Indië
Op 15 augustus 1945 geeft Japan zich over. Even is er niemand de baas: het Nederlands leger of bestuur is namelijk verdreven. Soekarno en Hatta roepen daarom twee dagen later de Republiek Indonesië uit. Een groep jonge militairen, pemoeda’s genaamd, strijden met geweld voor een onafhankelijk land. De Nederlandse regering is woedend: zij willen hun kolonie Nederlands-Indië terug.
Het is het begin van de zogenoemde politionele acties. De Nederlandse regering gebruikt deze term, om met het leger ‘de orde in eigen land overzee te herstellen’. In feite is het de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog. Het is een bloedige oorlog, waarbij het Nederlandse leger ook gewone burgers vermoordt en zo oorlogsmisdaden begaat. Door het voeren van een guerrillastrijd, waarbij kleine groepen korte aanvallen plegen, krijgt het Nederlandse leger Indonesië niet onder controle.
☞ Meer weten: Onafhankelijkheidsoorlog Nederlands-Indië (SchoolTV)
Op militair gebied heeft Nederland een overmacht. Maar op politiek vlak verliest Nederland. Internationaal komt er veel protest tegen de oorlog. De Verenigde Naties roepen Nederland op zich terug te trekken. Ook de Verenigde Staten dreigen met het stopzetten van hun economische hulp als Nederland doorvecht. In 1949 besluit Nederland om Indonesië als onafhankelijk land te erkennen. Met de dekolonisatie draagt Nederland de soevereiniteit over en wordt Soekarno aangesteld als leider.
Het zorgt voor nieuwe problemen in de onafhankelijke staat. Door de Japanse bezetting en de koloniale oorlog die volgt, is de schade aan de economie groot. Ook willen verschillende regio’s geen deel uitmaken van het nieuwe Indonesië. En op papier was de Nederlandse invloed weliswaar verdwenen, in de praktijk zijn veel Nederlanders met grote bedrijven nog machtig. Dit verandert na enkele jaren, als de bedrijven worden overgenomen door de Indonesische staat.
☞ Meer weten: Repatriëring van Nederlandse Indiërs (SchoolTV)
In de jaren na de onafhankelijkheid trekken honderdduizenden Nederlanders en indo’s (inwoners met zowel Indische als Europese voorouders) naar Nederland. Ook veel Molukkers komen naar Nederland. Veel van hen vochten voor het KNIL en zijn bang om door de Indonesische nationalisten gestraft te worden.
De verhouding tussen Nederland en Indonesië blijft slecht. Dat komt mede door ruzie over Nieuw-Guinea. Dit eiland is nog altijd een kolonie van Nederland, tot woede van Indonesië. Het zorgt bijna voor een nieuwe oorlog, maar door internationale druk staat Nederland het eiland af. In de jaren die volgen lopen de spanningen geregeld op. Zo vindt Nederland dat Indonesië te weinig democratisch is. Op hun beurt vindt Indonesië dat Nederland zich niet meer met hun land mag bemoeien.
Disclaimer bij de tijdlijn
De geschiedenis is een verhaal over vroeger, gebaseerd op historische gebeurtenissen en onderzoek hiernaar. De wijze van vertelling verschilt – door de auteur, de tijd en plaats van schrijven en het doel. Deze tijdlijn heeft als doel een globaal, en zo vereenvoudigd, beeld te schetsen van de historische ontwikkeling.
De tijdlijn is bruikbaar als samenvatting bij het volgende examenonderwerp van geschiedenis in het voortgezet onderwijs:
☞ De koloniale relatie Indonesië – Nederland (GS/K/4)
☞ Het Indonesisch – Nederlands conflict (GS/V/1)